woensdag 4 september 2024

Praatronde

 9/9

Lily

Wij waren aan het vuur. We hadden een stokje erboven.

Jet

We waren een dino aan het maken. Ik ging op de schommel en mae was een prinses.

Mae

Ik was op een ijskarretje aan het fietsen. Ik verkocht ijsjes.

Daarna gingen we terug naar het kampeerhuisje, want we gingen worstjes eten.

Ik was in de zee met Loutfi. Elke keer als Loutfi in het water ging was hij een luchtballon.

Trixie

Ik was in de bolderkar met Thea bij de speeltuin. Als we een liedje zongen ging Geert heel snel en als we niet zongen deed hij niks.

Er was een vogeltje dat kapot was en we hebben het gemaakt.

Stien

Ik was op de rommelmarkt. We verkochten alle oude babyspullen.

Ik kreeg een nieuwe hartjesdrinkfles van de vriendin van mama.

Ik was bij Lieze gaan spelen. Die heeft een hond, trampoline, paard en een kip.

Ik ging een hamburger eten, die zat in een papiertje. Ik had een jurk aan waar een katje op staat.

Iben

Met Florian de fietsen proper maken.

Alex

Ik was bij de zee, ik was water in mijn emmertje aan het doen. Ik had een nieuwe zwembroek. We waren op het strand.

Ik was aan het rijden met een auto. Ik was met de vriendjes aan het meerijden en Lena ook.

Noé

Ik was op een lage schommel. Millie en Stella waren op paardjes.

We waren bij een restaurantje. We waren niet in Italië.

We gingen een kleine pannenkoek eten.

Er was chips en fristi.

Millie

Er was een mini mouse springkasteel.

Er waren steentjes daar.

We hebben chipekes gegeten.

Jente

Ik was thuis met alle diertjes. We waren buiten aan het spelen.

Ik kan geen telefoon maken.

Paul

Ik was in de speeltuin naast een school. Je kon daar klimmen. Ik was Emile aan het duwen op de schommel.

We gingen met de fiets naar de speeltuin.

Ik was in de brandnetels gevallen.

James

Ik was op vakantie. Ik was gaan spelen.

Een kleine brandweerwagen.

Saad

Ik was naar een dino aan het kijken. Ik was thuis. We waren in het park. Ik was in Brussel.

 

 

 2/9

Saad

De baby is gekomen, het is een broer. Zijn naam is Anas.

Als de baby weent gaat mama melk geven.

Ik was aan de zee, ik was in het water. Ik heb een ijsje gegeten. Ik heb ook een wafel gegeten.

Ik- was naar de dieren gaan kijken. Ik vond dat leuk. Wij hebben ook gelopen.

Ik was in de auto op de kermis.

Paul

Ik was met papa in een huisje dat naast de zee was. Ik had een cadeautje van Emiel  gekregen.

Ik was in een huisje maar voor één nachtje, ik had met kapla blokken iets gemaakt waar auto’s kunnen oprijden.

Ik was gaan klimmen met twee vrienden. Er waren 2 kleuren om te tonen hoe moeilijk het was.

Aan de zee naast het huisje kon ik zwemmen. Er waren allemaal vissen. Ik was in de auto, er waren allemaal boekjes en kaarten. We waren naar een riviertje geweest, er waren kreeften.

Er was een brunch waar ik cadeautjes kreeg, want het was mijn verjaardag in de zomer.

Ik was in een bos, daar gingen we elke dag naartoe.

Ik heb een nieuwe zonnebril gekocht in een winkel in de stad.

Er was een feestje en we hadden een dansje geoefend. 

Ik was in een vijver waar veel vogels waren.

Ik was aan het kamperen en we waren hotdogs aan het maken. We hadden een boot en ik had die helemaal zelf opgepompt.

Victor

Ik was bij het huis van kina en daarna bij het huis van Alijn. Ik was ijsjes gaan eten.

Ik heb een fiets. Mijn papa en de papa van jet hebben het mij geleerd.

Leo

Ik was met mama en papa, ik had een stok. Ik had een T-shirt van de voetbal aan. Ik heb veel gespeeld.

We waren op vakantie in een huisje.

Ik had een bril voor onder water. Ik heb nieuwe schoenen.

We zijn naar het strand geweest, we hebben ene put gegraven. Ik kon water pakken.

Ik was aan het strand aan het spelen van tikken. 

Ik heb veel super veel vriendjes.

 

Thea

Ik was een yoga en danskamp aan het doen.

Ik was met Miro mijn deur aan het schoonmaken. We waren ook een soepje aan het maken met modder. Miro was blijven slapen. Daarna ging ik 10 keer bij Miro gaan slapen. Ik ben met Miro naar de kermis geweest. We hebben ook in een hele diepe rivier gezwommen.

We hebben feest gevierd, zomaar.

Ik was een klein picknickje aan het doen met mama.

Ik heb een nieuwe handtas want mijn andere waren versleten. Ik was thuis een parcours aan het maken en ondertussen was mama iets lekkers aan het maken. Papa was ondertussen gaan repeteren.

Ik was in een restaurant, ik had mosseltjes in mijn pasta.

Ik was in Italië. Ik was in een trullo, we hebben daar 5 keer geslapen. Amanda en Antonio zijn onze vrienden. Met een trapje kon je bovenop het dak stappen. Er was ook een zwembad. Ik heb een nieuwe drijfplank met een regenboog en een unicorn.

Ik was een kasteel aan het maken met papa en mama op het strand.

Millie & Noé

Op het springkasteel springen.

We gingen een ijsje eten.

We zijn naar de zee geweest met mama en papa.

Noé: we waren in Frankrijk.

Millie: Ergens met veel trappen en veel mensen.

Lily

Ik was bij het heksenkasteel. We waren op de brug aan het stappen.

Ik was naar de speeltuin gegaan. Wij waren ook op de honden wip wap. Ik was op de glijbaan alleen gegaan.

Ik was met Alix heksensoep aan het maken.

We hebben samen een ijsje gegeten.

Ik was met Alix in de zee. De kindjes wouden een bloem. Mama had de bloemen gemaakt.

We waren aan touwtjes aan het springen.

Alex

Ik was aan het vliegeren op een groot strand. We hadden een zandkasteel gebouwd.

We waren naar de winkel om die vlieger te kopen.

Ik was jarig en er was een Pokémon taart. ER waren ook Pokémon koekjes bij. Ik mocht kaarsjes uitblazen. Daarna mochten we die op eten.

Ik was bij Snorri zijn land. Daar was een zwembad van Snorri.

Ik kan op twee wielen fietsen.

Mae

Ik was in een ander land, naast België. We hadden daar zeemeeuwen gezien. Maar het was niet aan de zee. Er waren ook krabben. Er was daar een andere jongen die krabben viste en wij mochten ook eens.

Er waren daar vriendjes, Vaas en Remus.

We hadden ook bootjes gezien.

Ik was op reis in Zweden. We waren in een bootje aan het varen, we waren er niet uitgevallen.

Ik was aan het vliegeren. We hadden eten meegenomen en een ijsje gegeten. We zijn ook gaan zwemmen in de zee.

Ik was op een rommelmarkt. Het was leuk want ik mocht de mensen helpen als ze een zakje nodig hadden. We konden ook  zelf rondwandelen en iets kopen. Eero heeft een betonwagen gekozen.

We zaten in de kookpot want we waren soep.

Ik was op een boerderij.  

Trixie

Ik was gaan wandelen omdat het mooi weer was. Ik had in een boom een souvenirtje gevonden. Ik was in de boom aan het klimmen.

Ik was met mijn peter in de hangmat. Ik was op mijn klimrek aan het klimmen. Als ik hoog ga kan ik aan het plafond.

Ik was met Thea een parcours aan het doen.

Ik was op een boerderij gaan slapen. Dichtbij was een strand.

Ik was in een museum naar grote honden aan het kijken. Er was ook een nep zwembad. Er is ook een foto van mijn lievelingsstandbeeld.

Stien

Ik was bij de balletles met mijn vriendinnen. Mama en papa kwamen kijken. Wij waren naar het park met dimosthenis en arthemis. We gingen op een springkasteel. We gingen samen op een schommel. Thuis gingen we een ijsje eten.

We gingen zwemmen bij Billie de bever. Er was een klein glijbaantje. En een groene die super snel kan glijden.

Ik heb een nieuw bed en een nieuw dekbed. Dat is super leuk.

We waren met Nyma op de camping. We hebben veel ijsjes gegeten en we zijn gaan zwemmen. Er waren lampjes aan de tent.

We gingen zwemmen in de zee aan de camping, dat was super leuk. Oma en opa waren ook op de camping.

James

Ik was naar de brandweer. Ik was de brandweerman.

Ik was op het strand. Er waren haaien in de zee. Er was een feestje in een appartement.

Jente

Ik was aan het fietsen met een baby. Ik had een helm op. Oma was er ook bij. Carlos was naar het huisje van Herman gaan kijken.

Ik was met Matis op een bootje. Dat kriebelde.

Ik was aan het strand, een groot strand. Ik was aan het zwemmen in de zee, het was heel leuk.

Er was een zeehond die verdwaald is, die vind haar mama niet.

Ik was jarig, opa was er ook en Elke ook. Er was een chocoladetaart en een frambozentaart.

Ik was in plopsaland met Thomas.

Ik was op een hele grote snelle glijbaan.

Ik was bij Ester.

Ik was in een bootje gaan varen met mama.

Jules

Ik was aan het strand.

Ik was in mijn stapelbed. Ik slaap bovenaan.

Ik was aan het watersliden.

Ik was op reis met mama in de ardennen.

Ik was in plopsaland met de figuren.

Ik was op de gentse feesten. Ik was gaan kijken naar de gitaar.

Ik was in een caravan.

Jet

Ik had een paardje gemaakt. Je kond aar ook een vlecht in maken.

Ik was buiten in bad. Ik eet fruitstokjes in bad.

Ik kan zelf fietsen.

Ik was boekjes van tiny aan het lezen.

We waren bij stokpaard prins. Trixie was mee, maar ze was bijna te laat.

Ik was bij de luchtballonnen gaan kijken, dat was leuk. We gingen zelf niet in een luchtballon.

Ik heb een roze skateboard van Nona gekregen.

We waren in een hotel, ik heb daar 1 nachtje geslapen. Ik sliep bij mama en papa in dezelfde kamer. Het was Nona haar verjaardag, ik mocht de kaarsjes.

Mies

Ik was Zweden geweest. Er waren geen zwembaden maar wel meren en de zee.

We gingen met de trein, de fiets, vliegtuig en de boot.

Iben

Met papa naar het huisje.

 

 

 


Geen opmerkingen: