maandag 8 januari 2024

Praatronde

29/1

Nordin

/

Billie

Ik was aan de zee. Er waren allemaal putten waar je kon inspringen. Er waren allemaal vrienden van mama mee.

Ik had een foto van mezelf genomen. Ik heb ook foto’s van een boot genomen met mama haar gsm. Het waren heel veel foto’s.

We waren op restaurant waar je ook kon knutselen. We hebben een gekke bril gemaakt.

We gingen heksensoep maken in de tuin. Er zat een steen en modder in. In dat restaurantje kon je ook spelen en schommelen.

Ik heb met mijn mama snoepjes gemaakt. Als mensen met kindjes langskomen dan kunnen ze iets kiezen.

Pippa

Ik was bij iemand anders samen met Mutti, er was ook een hond Jack. We konden samen in de sneeuw spelen.

Ik was met mutti een ijsje gaan eten. Mama ging gewoon een koffie drinken.

Ik was met mama en papa met de fiets naar een park om in bomen te klimmen. Ik was iets lekkers gaan eten ergens waar een tafeltje was.

Wolf

/

Trixie

Ik was mijn laarzen aan het wassen in de plassen. Ik was thuis met mijn knikkerbaan aan het spelen.

Ik was een banaan aan het eten in een hut.

Papa en ik hebben een tentenkamp gemaakt. Er lag daar een knuffel in die ik gekregen heb van moeke.

Paul

Ik heb een pijl en boog gemaakt met een houdstuk en rekkertjes.

Ik was bij mijn papa, we gingen naar de speeltuin. Ik ging heel hoog klimmen. Er waren megaveel dingen boven waar je kon mee spelen.

Ik was naar de boerderij gegaan. We hadden kleine hertjes gezien. Ik had die gras gegeven. Ik was ook naar het park geweest om te voetballen.

Mae

Ik was dit weekend pizza aan het bakken. Ik had courgette en paprika en tomatensaus. De pizza moest bakken in de airfryer. Ik was naar een cafétje aan het fietsen. Toen ik thuis was waren mijn benen helemaal moe. Ik ging naar de circus. Ik ga nu naar een andere les met minder kindjes. Ik ging picknicken met mama Jefta.

Ik was naar de dokter in het ziekenhuis om te kijken of alles goed was.

Ik was bij oma geweest. We gingen naar een zwembad in de gentbrugse meersen.

Benjamin

/

Victor

Ik was granaatappel aan het eten met Jet. We gingen belleblazen. We hebben verstoppertje gespeeld.

Jules

Ik was naar de rode buizenglijbaan. Ik was piano aan het spelen. Ik kan spitter spetter water spelen op de piano spelen. Ik was alle takken van de bomen thuis aan het opruimen.

Ik was naar een yoghurtshow.

Ik was op de glijbaan.

Stien

Ik was aan het spelen en toen wou ik televisie kijken.

Ik was naar de winkel geweest en toen gingen we terug naar huis. We gingen buiten nog een cracker eten.

Ik ging verven. Ik heb een koelkast geschilderd. Daarna een beetje kriebel krabbel.

Daarna gingen we een nieuwe frozen jurk gaan halen voor carnaval.

Thea

Ik was met nonkel Joost op restaurant. Papa was niet mee. Ik had iets van opa gekregen. Opa en Moeke waren naast de kerstman. Ik had een brief voor de kerstman gemaakt.

Ik was bij de ikea. We waren daar een ijsje aan het eten. We moesten ook shoppen. Er waren daar kamers en keuken. We hebben een beertje gekocht die nu in mijn kamer ligt. Toen mama naar toilet ging kon ik op iets spelen.

Jet

Ik was bij Jan.

Ik had bloemen.

Ik was bij victor.

Ik ging naar de bloemenwinkel.

Ik was in de winkel om kleren te kopen.  

Ik had bloemen voor Jan en ik mocht een roosje hebben.

Saad

In mijn huis slapen.

Ik ga een chocobrood eten.

Ik heb een boek gelezen.

 

Alex

Ik was daar het oranje aan het volgen. Je moet over het rood en langs de glijbaan. Je kan door de rode buizen roepen. Ik was met de fiets aan het rijden. Er zitten gaatje in mijn schoenen. Er waren kleine hondjes bij een spiegel. Grote honden zaten in een grote kooi.

James

/

Leo

Met mama en papa een bril maken.

Naar een museum.

Ik ben in mijn huis. Spelen met de autobaan.

De meneer heeft een centje gemaakt met de machine.

Arthur

/

Lily

Ik was bij Winokio.

 

 

 22/1

Nordin

/

Billie

Ik ging naar de post om brieven te sturen naar Spanje.

We waren op bezoek bij Sandra voor tasjes.

Ik was met ijs aan het spelen.

Ida en ik waren sneeuwballen aan het gooien. We waren in de blaarmeersen aan het spelen en we gingen fietsen.

Ik had een raket gemaakt met een briefje bij. Om 10uur mochten ze komen kijken want dan gaat de raket in de lucht.

Pippa

Ik ben naar mutti geweest. Er lag daar mega veel sneeuw. Er was een vijver die bevroren was, maar we konden er niet top schaatsen. Er was overal sneeuw.

We gingen ook naar de kerk. We hadden in de winkel een snoep gekregen.

Daarna ging ik naar meter. Daar krijg ik altijd snoep.

Er was een mega grote kooi en daar waren zwanen in. Maar nu zijn de 2 zwanen gestorven.

Wolf

/

Trixie

/

Paul

Ik was mezenbollen aan het maken. Aimée en zijn broer en mama waren ook.

Ik was in het park met een vriend van mij. Ik mocht op zijn fiets. We gingen naar een restaurant, we hadden gebruncht. We hadden een eendje gezien die door het ijs zakte.

We konden schaatsen. We hebben een roodborstje gezien.

We hebben een poster gekocht met allemaal vogels op. Ik had met vlinders.

Mae

We gingen naar de plukboerderij voor wortels en pastinaak.

Onderweg konden we schaatsen. Er was ook een kindje met een slee.

We maakten een smoothie voor in ons fruitzakjes.

We waren in een winkel want onze babyfoon was kapot. Er was daar een klein deurtje.

Benjamin

Boven spelen met de blokken.

Spelen op de ipad, Isaac ook.

Victor

Ik was dit weekend met de tablet aan het spelen.

Ik vind Peppa pig heel leuk.

Ik was een pizza aan het maken om te spelen.

Jules

Ik was bij Loes.

Ik was op de speeltuin.

Stien

Ik was samen met mijn papa naar de kaartenwinkel gestapt. Papa zijn beste vriendin heeft een nieuw huis.

Mama ging mij naar Leo zijn feestje brengen en terug komen ophalen.

Ik mocht ook eens op de dino slaan. Ik wil graag drie pinata’s van elsa, anna en olaf voor mijn verjaardag.

Het was Renée haar verjaardag. Ze heeft babyspeelgoed gekregen.

Thea

Thuis had ik smarties gegeten. Ik was naar Leo zijn feestje. Mijn mama was ook op het feestje gebleven. We hadden taart gegeten. Er was ook snoep.

In het huis waren geen ramen.

Jet

Wij hebben een binnenspeeltuin gemaakt met blokken voor de mannetjes.

Ik had schuimkoffie gedronken. Ik had een crèche gemaakt.

Ik had ook een baan voor de auto’s. De auto kan heel snel rijden.

Saad

Naar het park gaan.

Naar de bakkerij.

Chocobrood eten.

Spelen met de auto’s.

Alex

Ik was in het pretpark. Ik was aan het spelen en de zon was er. Er waren veel huisjes.

Het was in de sneeuw en het was glad. Er was een reus met een zwaard. Er was ook een koning reus. Die had veel haar en een kroon. Ik was in de sneeuw aan het stappen. Er waren veel bomen en struiken.

James

/

Leo

ik ga een ijsje eten.

Het was mijn mijn feestje. We gingen spelen en taart eten.

Slaan met de stok en dan komen er snoepjes.

Arthur

/

Lily

Met de blokken.

Ik was op toilet.

Ik ben wakker.

 

 

 15/1

Nordin

Ik was in mijn huis en ik zag dat het hard aan het sneeuwen was.

Ik was aan het tekenen.

Billie

Ik was koekjes aan het maken. Ik was in een museum onze school aan het zoeken. In het museum kan je ook met lego bouwen. Er stonden ook gebouwen van Gent in lego.

 Ik was mijn broertje in bad aan het steken.

Ik ging de briefjes gaan wegdoen van Charlie.

Pippa

Ik was met vriendjes aan het spelen in hun huis. We waren aan het vechten. We hadden het licht uitgedaan. We waren ook aan het voetballen.

Wolf

/

Trixie

Mijn papa was jarig. We waren cake aan het maken voor op papa zijn werk. Ik had een koptelefoon zodat het lawaai van de mixer weg was.

We gingen samen de kaarsjes uitblazen. We gingen pannenkoeken eten, die had mama gemaakt.

Ik was met moeke in de porre een spelletje aan het spelen. Ik had steeds meer kaartjes. Ik ben twee keer gewonnen. Lou was ook mee. Het is mijn pop maar ik doe alsof dat het mijn zus is.

Paul

Ik had een huis gemaakt van koek. Nu hebben we het kapot gemaakt.

Mae

/

Benjamin

Ik wil slapen. Met Rueben spelen. In de auto. Papa sturen in de auto. Toen naar huis.

Victor

Ik was bij Lochristi aan het spelen. Ik was daar iets aan het eten.

Jules

Ik was aan het kijken naar de harde sneeuw.

Ik was samen met Nuno een stad aan het bouwen.

Ik was naar een feestje als het donker was.

Ik was op de speeltuin waar de Buffalo ‘s waren.  

Stien

Ik was aan het slapen. Toen ging ik met Miel naar benden. Dat mocht niet van mama en papa, ze waren nog aan het slapen. Wij gingen tv kijken en een koekje eten.

Thea

Ik was naar Eliiot zijn huisje met mama. We gingen met de bakfiets, ik had geen helm aan want mijn keel deed pijn. We gingen ook naar de bakker bij het speelplein.

Jet

Papa en ik waren een regenboog aan het maken. De dieren waren super mooi.

We hadden een toren voor de mannetjes. Mama ging een foto nemen. Ik ging in een kast slapen, dat vond ik grappig.

Saad

Papa naar Brussel gaan.

Slapen in huis.

In de bakkerij een ijsje eten.

Alex

Ik was aan het wandelen in het bos. Er waren afdrukjes van de kip, die waren zo mini. Er waren ook afdrukken van de grote dieven.

We moeten de marshmallow boven het vuur houden en dan eet je dat op. Het mag niet helemaal smelten.

Ik was de dieren aan het eten geven in het bos. Er waren schapen en varkens.

James

/

Leo

Ik was op het vliegtuig.

Gitaar spelen.

Samen met mama pannenkoeken maken.

Arthur

Mama en baby

Lily

Er was taart met kaarsjes voor konijn.

Ik was aan het tekenen en toen was ik bij mama.

Ik heb zelf de kaarsjes erop gedaan.

 

 

 8/1

Nordin

Ik was naar de Beekse bergen gegaan. Daar was het aan sneeuwen. Ik was op safari. We gingen naar dieren kijken. Ik zag een leeuw, een tijger, panda’s,….

We hebben in een huisje geslapen. Het was daar leuk want we sliepen in een stapelbed.

Ik heb een papegaai gekocht met mijn eigen geld.

Billie

Broertje was geboren. We waren bij mammie en pappie geweest. Eerst kwam mama naar huis en daarna pas Charlie. Hij weent niet veel maar maakt wel geluidjes als hij slaapt. Als we zijn pamper uit doen, dan maakt hij lawaai want dat vind hij niet leuk.

Ida en ik waren in het salon van mama. Mama ging komkommer op ons ogen leggen en we hebben ook eentje opgegeten.

Ida en Ik waren aan het fietsen en mama was met de buggy aan het rijden. Er hangen bloemetjes aan mijn stuur gedraaid.

We waren nieuwjaar aan het vieren.

Ik was naar Woeste Willem geweest. Die zei allemaal grappige dingen.

Ik heb de boon gevonden in de taart en toen mocht ik een kroon.

Pippa

Ik was gaan schaatsen, Stella was er ook. Ik had ook zo een dingetje om mij vast te houden.

Ik was in Frankrijk. Ik had daar een cadeautje gekregen van Mutti. Ik had allemaal doosjes. Er waren verschillende kleuren zand.

Ik was in de zee. Ik was kwalletjes aan het zoeken. Ik had er één op een stok. Er was ééntje dood.

Ik was aan het fietsen naar de speeltuin. Eerst had ik een kleine fiets en nu heb ik een grote nieuwe fiets.

Ik was op een slee van een rendier, geen echt rendier. Ik zei: “hertje kom naar boven”. Ik was met mijn nichtjes en Remi had ons allemaal opgetild. We hadden Pokémon kaarten gekregen.

Ik heb van Tita een muts gekregen. Mijn nichtjes hebben die ook.

Wolf

Ik had een tekening gemaakt. Ik had pasta gegeten.

Ik heb spelletjes gespeeld.

Ik heb nieuwe handschoenen gekregen van Céline haar zus.

Trixie

Ik was aan het schommelen. We waren aan het fietsen. Ik was aan het spelen met mijn neefje wolf en met opa.

Ik was met mama naar het kasteel. Er waren allemaal kleine showtjes. Er woonden kerstmannen in het kasteel.

Ik was speeldeeg aan het maken. Er waren roze glitters in die ik kreeg van Jules.

Paul

Ik was naar Noorwegen en er was een valies kwijt. Flynn en flo zaten in die valies. Er was geen ticketje op de valies.

Maake en mama waren mij dan komen halen.

Ik was bij mijn opa, we hadden drankjes gemaakt.

Ik was met een motto die op sneeuw kan. Ik was bij de opa van Ake.

We zijn gaan bowlen in de Ardennen. Ik was niet gewonnen.

De baby was ook mee in de sneeuw.

Ik was aan het skiën. Ik moest tussen papa zijn benen.

Ik was in de Ardennen met mijn vrienden aan het bouwen.

Ik was in het citadelpark koekjes aan het eten.

Ik had een hele grote pikatchu gekregen. Die zat tijdens het winkelen in de kar. Een vriend van mij was mee en alles wat we gingen kopen moest in zijn kar.

We gingen ook wandelen in het bos in de Ardennen. Met Lou en Nell. Er waren heel veel mensen.

Mae

/

Benjamin

Ik was aan het slapen.

Pizza eten.

Spelen.

Een auto van Bumba.

Naar de school.

Victor

/

Jules

Ik was op de tablet aan het kijken. Ik was ziek.

Ik was bij een show.

Ik was met vakie in plopsaland.

Er was een feestje bij Lanie en Marie.

Ik was de kerstboom weg aan het doen.

Stien

Ik was bij Janne, Louis en Mats. Peter Hans was er ook. We hadden hapjes gegeten en ook taart. Ik had een mooie jurk aan. Ik was mijn nieuwjaarsbrief aan het lezen. Als het gedaan was, was iedereen aan het klappen. Daarna was Miel aan de beurt, daarna Mats. Ik gaf een cadeautje aan Mats.

Wij waren bij oma en opa Nederland. Mama en papa maakte ons wakker en toen was er vuurwerk.

Ik ging thuis bij Thea met het muizenhuis spelen. Daarna ging mijn mama Jet ook naar huis brengen.

Ik heb een beertje gekregen bij de kapper.

Thea

Ik was bij Mutti, ik was een mooi kunstwerk voor mijn mama en papa aan het maken.

Ik was met mama en papa gaan shoppen. We gingen ook een warme wafel eten, maar het was niet zo lekker. Dus ik ging een chocomelk gaan drinken. We hadden mensen gezien die verkleed waren in een pinguïn.

We waren een ijsje aan het eten.

Stien en Jet waren komen spelen bij mij. Alle ballen waren uit het ballenbad.

We hebben ook kwartet gespeeld.

Jet

Ik was aan het slapen.

Ik heb een nieuw bed. Papa had die gemaakt. Ik heb een mooie kamer.

Papa ging een drankje halen voor mij want ik had dorst.

Victor was bij ons thuis. Zijn mama en papa waren ook mee. We gingen taartjes eten. We hebben ook gespeeld.

We hadden ook iets kleins gegeten.

Saad

Ik ga naar Brussel. We gingen naar de winkel. We gingen een nieuwe boekentas gaan halen. Ik ging een chocobrood eten uit de bakkerij.

Alex

Ik was in de kommetjes en het ging snel.

We waren in het bos aan het stappen. De bordjes wijzen naar waar je moet. Ik had mijn muts, handschoenen en jas aan.

Ik was pizza aan het maken. Saus overal en kaas.

Ik wou een stukje pakken en toen ging mijn handje verbranden. Papa zijn hand is ook verbrand.

James

De politiewagen.

De kerstman bracht cadeautjes voor mij. Er was iets van Batman.

Leo

/

Lily

Ik was met pappie.

Ik ging een boekentas kopen. Er staat een kat op.

Arthur

/

 

 

 

 

Geen opmerkingen: